Ich suche (aus der gegebenen Gegenwart) die Brücke
Zum unsichtbaren – ähnlich wie ein berühmter Kabbalist es einmal gesagt hat.
Willst du das Unsichtbare fassen?
Dringe, so tief du kannst, ein – in das Sichtbare.
Max Beckmann
In mijn beeldende werk onderzoek ik hoe de mens zich staande houdt in de huidige verharde en gepolariseerde samenleving. Daarbij stel ik het oordeel zo lang mogelijk uit en maak ruimte voor vragen. Met nieuwsgierigheid bekijk ik mezelf, de ander en de onderlinge verhoudingen in de wereld om me heen. Veel van de intermenselijke relaties blijft onzichtbaar, verscholen achter een uiterlijk van succes en stellige meningen. Ik dring – om met Max Beckmann te spreken – zo diep mogelijk door in het zichtbare, om te zien wat daarachter schuilgaat. Daarbij valt het me op dat we onze lichaamstaal niet altijd onder controle hebben, die verraadt nogal eens wat er onderhuids speelt.
Door beelden van lichaamstaal te schetsen, te fotograferen of te verzamelen in oude tijdschriften zoek ik naar dat wankele evenwicht tussen schijnbare zorgeloosheid en verontrusting, naar beelden die weergeven wat er onder die harde buitenkant speelt. Uit gesprekken met familie, vrienden en onbekenden selecteer ik dát wat me intrigeert, verdriet doet of wat ik grappig of ontroerend vind.
Daar ga ik mee aan de slag. Ik schets of maak collages van filmstills, familiefoto’s, kiekjes en knipsels. Van het werk van Heleen Verhoeven heb ik geleerd de figuren als het ware uit te knippen en de achtergronden te vereenvoudigen om het werk te abstraheren. Het schilderen gaat in verschillende lagen. Ik vertrouw daarbij op het proces van het schilderen zelf – of het nu schuurt of groeit – en biedt ruimte aan wat zich al schilderend of uitvegend aandient.
De laatste jaren is de tafel als metafoor voor intermenselijke relaties een belangrijk motief geworden. Ik ben geboeid door de nietige en alledaagse handelingen die zich op en rond de tafel afspelen. Ik teken en schilder die kleine rituelen van samen eten, samen drinken, gesprekken voeren. Maar de tafel staat ook voor de eenzaamheid van mensen die alleen eten en drinken, voor de spanning van diners in stilzwijgen, voor dat wat níet gezegd wordt.
Ik speel met vorm, met maatverhoudingen en met de spanning tussen wat af is en wat niet. Zo zoek ik naar een manier om de emoties en spanningen die onzichtbaar blijven in die moeilijke situaties toch in een beeld te vangen. Ik houd van het werken met kleur. Kleur verzacht, kleur verleidt of stoot juist af. Kleurcontrasten zet ik in om spanning en kwetsbaarheid te suggereren, Daarmee is kleur als materiaal net zo belangrijk als de vorm. Bij het kleurgebruik laat ik me afwisselend inspireren door bijvoorbeeld de maniëristische schilder Jacopo da Pontormo (1494 – 1556), de Caravaggist Nicolaes van Gaelen (1620 – 1683) of de Belgische James Ensor (1860 – 1949). Ik gebruik niet vanzelfsprekende kleurcontrasten zoals Winsor Violet en Hookers Green Lak Deep tegenover Ceruleum blauw en Crimson Alizarine rood. De associatieve waarde van de tint is daarbij van groot belang.
In mijn werk komen vaak zogenaamde ‘sporen’ voor: amorfe vormen die niet direct een relatie hebben met de zichtbare werkelijkheid en daardoor vooral vragen oproepen. Ik gebruik die vormen voor de mentale sporen die door vorige generaties in families op een onbewust niveau worden doorgegeven, sporen die in diepere lagen aanwezig zijn en soms op onbegrijpelijke wijze aan de oppervlakte komen.
Naast observaties uit het dagelijkse leven en knipsels uit tijdschriften vormen de meesters uit de kunstgeschiedenis een bron van inspiratie. Ik houd van schilders die zich niet inhouden, die werk maken waarin alles mag en mogelijk is. Dat herken ik in het werk van Francisco Goya, Odilon Redon en natuurlijk in de portretten van Frans Hals. Meer naar het nu zijn het schilders als James Ensor, , Heleen Verhoeven, Vivian Sutter, en Peter Doig die mij inspireren.
Niets staat vast. Waar er ruimte is om de beelden in alle vrijheid te laten ontstaan, bepaalt het schilderij zijn eigen uitkomst en opent nieuwe perspectieven. Met mijn werk hoop ik de beschouwers uit te dagen om voorbij vaste denkkaders en met een meer open blik naar de werkelijkheid te kijken.